De Natuurschoonwet is een Nederlandse wet die fiscale voordelen geeft aan eigenaars, vruchtgebruikers en erfpachters van landgoederen.
De wet is in werking sinds 1928. Doel van de wet is om ervoor te zorgen dat landgoederen in stand blijven. Het belang van het natuurschoon staat hierbij voorop.
Een landgoed valt onder de natuurschoonwet als het aan de volgende voorwaarden voldoet:
- het minstens 5 hectare groot is;
- een (deel van een) historische buitenplaats is en de buitenplaats minimaal 1 hectare groot is. Een onroerende zaak van minder dan 5 hectare kan er soms ook onder vallen. Dit landgoed wordt dan een aanleun- of samenwerklandgoed genoemd;
- een aaneengesloten gebied van minimaal 5 hectare is (eventueel samen met een ander landgoed). Een uitzondering hierop zijn historische buitenplaatsen;
- voor minstens 30% uit houtopstanden (bos) of natuurterreinen bestaat. Een uitzondering hierop vormt een historische buitenplaats van minder dan 5 hectare groot, of een zogenaamd aanleunlandgoed van maximaal 1 hectare groot. Dit geldt niet voor een zogenaamd aanleun- of samenwerklandgoed tussen de 1 en 5 hectare groot. Deze bestaat voor minstens 50% uit houtopstanden (bos) of natuurterreinen.
Voor meer informatie zie ook de RVO.
- Het meervoud van natuurschoonwet is natuurschoonwetten.
- De afkorting van natuurschoonwet is NSW.
Lees meer over natuurschoonwet op Wikipedia.