Een zelfstandige woonruimte heeft een eigen toegang, eigen keuken en eigen toilet. Heb je geen eigen toegang, of een gedeelde keuken of toilet? Dan is het een onzelfstandige woonruimte.
Voorbeelden van zelfstandige woonruimtes zijn:
- eengezinswoning (een vrijstaande woning, hoekwoning of tussenwoning);
- appartementen;
- portiekwoningen;
- maisonnettes;
- galerijflats.
Daarnaast heb je ook een onvrije woning. Dit is een woning of etage waarvan de vertrekken uitkomen op een gemeenschappelijke gang of hal. Deze woningen hebben wel een eigen keuken, douche en toilet. De vertrekken zijn apart afsluitbaar. Een onvrije woning is dus ook een zelfstandige woonruimte.